Met een smeedijzeren ’thuis’, versierde mijn vader ooit de gevel van het toen eigenhandig gebouwd huis te Oostduinkerke. Ik was zes toen we er gingen wonen, acht toen we het al achter ons lieten. De droom van mijn vader, om in ons ’thuis’ oud te worden, viel aan diggelen door een familieruzie. Een intriest verhaal, waar ik nu nog altijd geen begrip kan voor opbrengen. Misschien ben ik daardoor wel trouwe kijker van het populaire programma ‘Thuis’, elke avond me-time. Momenteel draait het scenario om een boek geschreven en uitgegeven door één van de personages en problemen met de drukker. Echt een déjà vue voor mij! Ik heb dan ook hartelijk moeten lachen, toen bleek dat het boek niet ‘genaaid’, maar gewoon ‘gelijmd’ was. Allé, nu kon ik erom lachen, maar destijds bezorgde het me de nodige frustraties en ergernissen.
Zeven poëziebundels, uitgegeven in eigen beheer, ten bate van het Kinderkankerfonds UZ Gent, gaven me niet alleen veel voldoening, maar ook veel kopzorgen. Het eerste boekje ‘Oeverloos verdriet’ werd door Echtgenoot met de computer geprint. Een bevriende drukker leverde de omslagen gratis, het nieten mocht daar ook gratis gebeuren door Manlief. Méér dan tweeduizend exemplaren vonden een weg naar warme harten, mede dankzij het radioprogramma ‘De tijdmachine’ van Luk de Laat, een mooie reportage in de Libelle en tal van krantenartikels. Daarna volgde ‘Beelden blijven’. Onze vriend drukker, zorgde voor de teksten op losse blaadjes (lijmen of naaien kon niet bij hem). Duizend vijfhonderd boekjes werden in onze woonkamer gebundeld en daarna naar Brugge gevoerd, waar ze door een dame, volledig gratis, met de hand werden gelijmd. Voor de derde bundel ‘Kleine Hartenkoning’ ging ik in zee met drukkerij Lannoo. Prima uitvoering, maar bij de levering bleken ze niet genaaid, maar gelijmd. Klant is koning, maar de koning heeft blijkbaar nooit veel te zeggen. Het vierde, ‘Van mens tot mens, als breekbaar glas’ werd een totale catastrofe. Een drukkerij uit Eeklo, nu van de aardbodem verdwenen, leverde boekjes met vuile vegen, plooien en zelfs gescheurde pagina’s. Na een boos telefoontje, mochten ze teruggebracht en werden er nieuwe beloofd. Drie weken later bleken we vier dozen nieuw gedrukte bundels te krijgen en voor de rest al de oude terug, want die bleken volgens de drukker ‘verkoopbaar’. Op aanraden van onze vriend drukker, nam ik een onafhankelijk derde in de arm. De Heer Mombaerts uit Aalter wou de boekjes beoordelen zonder vergoeding, omdat mijn werk het Kinderkankerfonds UZ Gent diende. Ik dus met negenhonderd boekjes in de koffer naar Aalter voor een confrontatie met de drukker. Hij moest ze terugnemen en een papier ondertekenen, dat hem de verkoop ervan verbood. Met heel veel dank aan Mr. Mombaerts. Daar stond ik dan, drie weken voor de voorstelling zonder dichtbundel, maar het kwam goed, ik zocht en vond een andere drukker, die net op tijd perfecte boekjes kon leveren. De drie volgende uitgaven: ‘Levenslang’, ‘Kort van stof’ en ‘Met andere ogen’ leverden geen drukkerij problemen op. Oef! Bij het kijken naar ‘Thuis’ vrijdagavond, kreeg ik zowaar de slappe lach. Net zoals Marianne, schrijfster van het boek, bleef ik ook niet bij de pakken zitten. Ik vraag me af, waar ik de moed vandaan haalde, om zo te vechten. De gedachte aan Benjamin en het Kinderkankerfonds UZ Gent, gaven me kracht en zelfvertrouwen. De bundels brachten samen ooit een geschonken bedrag van 68.000 euro op, en zijn dus alle frustratie, ergernissen en boosheid méér dan waard geweest. Benieuwd hoe het in ‘Thuis’ zal aflopen met het boekenconflict. Het déjà vue is goud waard!
Zoals jullie hier lezen, was het zeker niet allemaal kommer en kwel. Ik kreeg veel ‘gratis’ in de schoot geworpen. Heel wat mensen waren steeds bereid me te helpen. Al die warmte, die me omringde/omringt, geeft voor altijd glans aan mijn dagen. Dikke merci!
Nog geen reacties