Alle ouders … praten graag over hun kind, ook als het er niet meer is. Een krant (17 augustus) blokletterde deze titel in het groot, boven het verdriet van ouders, die hun dochtertje kort na de geboorte verloren. Nergens is en blijft het hart en het hoofd zo vol van, als van het verlies van een kind. Ook jaren na het sterven, is het vermelden van dat kind, als balsem op de ouderziel, maar daarvoor moet je als vader of moeder vaak zelf het initiatief nemen en liefdevol de insteek geven om je kind ‘levend’ te houden. Blijf je kind op handen dragen en schuw zijn naam en zijn verhaal niet. Het maakt het makkelijker voor buitenstaanders, die soms gène voelen en niet goed weten wat mag of kan.
Zo was de voorbije zomer vol van Benjamin. Bijna dertig jaar na zijn overlijden (december 1993), leeft hij nog in tal van harten, bij tal van mensen.
Op de kunstmarkt te Lombardsijde kwam het gesprek op ‘goede doelen’ en over wat we allemaal bereikt hadden, in naam van Benjamin. Het regende, dat het goot, maar de warmte was voelbaar. Hoe de herinnering aan hem tastbaar blijft bij velen, hoe zijn verhaal nog altijd harten beroert.
Een week later, aan de kassa in de Aldi, een lange wachtrij met een fijn gesprek tot gevolg. Of hoe op vijf minuten tijd, door het delen van mijn verhaal over Benjamin met een volgslagen vreemde man, de dag mooier kleurde. Hij was jaren hoofdverpleger geweest op intensieve, had er mensen leren kennen die hun zoon dertig jaar geleden verloren, nadat hij op zijn afdeling acht maanden in coma lag. Dat hij nog steeds één keer per jaar bij die ouders langs ging voor een babbel bij een kop koffie. Hoe mooi is dat? Het voelde een deugddoend gesprek voor ons allebei.
Er was het onverwachte bezoek, de verwondering over wat ik ooit deed en waar ik voor stond. Hoe ik Benjamin meenam door de jaren heen. Hoe hij me voortstuwde, assertief maakte, me dingen, nooit gedacht, deed doen. En altijd weer was er zijn naam genoemd, om mensen duidelijk te maken hoe eindeloos veel lijden er is bij terminaal zieke kinderen. Om duidelijk te maken, hoe broodnodig het Kinderkankerfonds UZ Gent was, is en blijft.
… alle ouders praten graag over hun kind, ook als het er niet meer is.
De laatste weken viel het bloggen wat stil. We hadden onze kleinkids over de vloer. Eerst was onze puber aan de beurt. Drie dagen op logement, samen met een vriendin. Een verjaardagsgeschenk voor onze nu veertienjarige met als bonus twee tickets Plopsaland. Zalige meiden! Twee meisjes van veertien op het strand. Twee ’tusseninnertjes’, zwalpend tussen gelukkig zijn en volop zoekend. Vandaag vriendinnen voor het leven, straks uit het oog een snel vervreemden. Twee meisjes van veertien, op eigen houtje naar het pretpark. Twijfelend over de juiste afstaphalte, toch vol zelfvertrouwen over dit dagje uit. Later, die avond, een stralend duo, veilig en wel weer aan de voordeur. Enthousiast en vol adrenaline, zodat slapen nog lang niet van tel was. Het herinnerde me aan mijn eerste restaurantbezoekje. We, mijn vriendin en ik, waren vijftien en gingen voor de eerste keer alleen uit eten. Hoe we toen hebben gelachen en genoten, om niet veel later elkaar uit het oog te verliezen, gewoon door het scheiden van onze studiewegen. Zo is dat met ’tusseninnertjes’. Het restaurant en de vriendschap zijn er niet meer, maar de herinnering en de binnenpretjes zijn gebleven!
Daarna kwamen de jongste kleinkids aan de beurt. Frietjes in de frituur, het strand, de bioscoop, Sea Life, een ontgoochelend bezoekje aan de speelgoedgiganten … onze agenda was goed gevuld. Leuke dagen! De frietjes waren lekker. Drie uur bloemen verkopen en putten maken op het strand waren fantastisch. ’s Avonds als afsluiter een indrukwekkende zonsondergang gaan zien. Het filmdoek trakteerde ons op de heropstanding van de Turtles, ooit het lievelingsspeelgoed van Benjamin en Broer (alias hun papa) en blijkbaar ook nu weer een hype in speelgoedland. De poppen van toen bevolken hier nog de kast en komen bij elk bezoek tevoorschijn. Het is zo’n beetje de erfenis van Benjamin, die nu doorgegeven wordt aan de kleinkids en vooral dan aan onze kleinzoon. Ik heb ze hem beloofd, ze zullen bij hem in goede handjes zijn.
… alle ouders praten graag over hun kind, ook als dat kind er niet meer is. Ooit stond hier, bij de foto van Benjamin, een tekst op onze kast: ‘zwijg me niet dood, maar praat me tot leven.’ Elk gestorven kind is dàt méér dan waard!
elke zomerdag
een zoektocht
naar méér
naar anders
naar leuker
als het ware
een jacht op genieten
weg uit de sleur
van alledag
in dit hectische
rondom mij zie ik
hoe zandkorrels
zich verplaatsen
het strand zich
boetseert tot anders
met tedere slijkvingers
pen ik groots
jouw naam
terwijl een gouden einder
onbarmhartig tekent
dat dit schrijnend gemis
voor altijd is
Doris Dorné – 24 augustus 2023
4 Reacties
Weer heel mooi en ontroerend geschreven!
Lieve Doris,
we zwijgen onze kinderen niet dood maar blijven ze tot leven praten!
Zo schoon, ik schrijf dit zinnetje weer in mijn “mooie zinnenboekje” om anderen te troosten en een hart onder de riem te steken.
Een warm woord kan zoveel deugd doen.
Dankjewel om zoveel schoonheid te blijven delen. 💖
Liefs, Hilde
Ook ik schreef deze zomer de naam van mijn kleindochter in het zand. Geboren met de zon…diezelfde dag ging ze slapen met de sterren…voorgoed…
Hey Doris,
mooie afsluiter van twee maanden vakantie, jouw spinsel! En wat een prachtig gedicht…na twintig jaar alles omvattend!
merci Doris
groetjes
ginette